In deze tijd van het jaar kun je opeens te maken krijgen met dikke, gezwollen, rode of blauwe vingers of tenen. In de volksmond heet dit winterhanden en -voeten. Je vingers of tenen kunnen uitstulpingen krijgen die eruit zien als blauwe druifjes en veel jeuk en een branderig gevoel geven. Als je dit eenmaal in de herfst of winter te pakken hebt, kom je er helaas ook niet meer zomaar vanaf. Tijd dus om vooral preventief bezig te zijn!
Waardoor ontstaat het?
Dit heeft zowel met aanleg te maken als met omstandigheden. Soms weet je niet dat je er gevoelig voor bent, maar ontdek je dat pas als het door bepaalde omstandigheden getriggerd wordt. Daarover zo meteen meer. Het heeft in ieder geval te maken met stuwing in de kleine haarvaatjes, vaak door te grote daling van de temperatuur. Je moet ook zeker niet te snel je handen of voeten opwarmen als je het koud hebt. Je vaten kunnen dan vernauwen of verkrampen en krijgen daardoor een tekort aan zuurstof.
Wat zijn de symptomen?
- rode of blauw verkleurde tenen of vingers
- opgezette vingers en tenen
- jeuk
- branderig gevoel
Let op: je kunt ook wondjes of zweertjes krijgen. Ga dan niet als een dolle lopen krabben! Deze plekjes kun je niet alleen op je handen en voeten hebben, maar ook bijvoorbeeld aan de buitenzijde van je dijen, op je kin, polsen, neus en oren.