Pacmans in je bloed
Je immuunsysteem heeft als taak om ziekteverwekkers zoals virussen, bacteriën en ander gespuis te doden, zodat ze jou niet (te) ziek maken. Daarvoor heeft je prachtige wijze lichaam allerlei intelligente systemen, processen en trucs. Eén daarvan is de fagocytose: het “opeten” van schadelijke microben door je witte bloedcellen. Je kunt je dit proces een beetje voorstellen als pacmans, je weet wel, die retro happertjes uit het gelijknamige jaren tachtig computerspelletje. Je bloed zit vol Pacmans die ziekteverwekkers achtervolgen, opeten (= fagocyteren) en vervolgens onschadelijk maken.
Witte bloedcellen hebben vitamine C nodig
Als een witte bloedcel een indringer heeft “opgegeten”, maakt hij deze onschadelijk. Linus Pauling ontdekte dat witte bloedcellen vitamine C gebruiken voor dat proces van onschadelijk maken. Het hele idee dat vitamine C goed is ter ondersteuning van je weerstand, komt dan ook bij deze wetenschapper vandaan. (Dankjewel, Linus!)
Maar wat blijkt: suiker interfereert behoorlijk met de functie van vitamine C bij het wegvangen van ziekteverwekkers. Door de aanwezigheid van te veel suiker in je bloed wordt de werking van vitamine C belemmerd, waardoor de capaciteit van het lichaam om ziekteverwekkers de nek om te draaien, daalt. Op die manier verzwakt suiker je immuunsysteem.
Suiker ondermijnt je immuunsysteem gigantisch
De normale waarden van bloedglucose liggen tussen de 70 en 115 mg glucose in 100 ml bloed. Als de concentratie van bloedglucose meer dan 120 mg/100 ml bedraagt, vermindert de capaciteit van witte bloedcellen om virussen en bacteriën te vernietigen al met 50%! En let op: die 120 mg per 100 ml bloed heb je zó bereikt. Een klein handje M&M’s, een glas cola of drie koekjes en je bent er al.
Het eten van teveel suiker(s) is dus waanzinnig slecht voor je weerstand en de functie van je immuunsysteem.
Suiker en vetweefsel
Naast dit directe effect op je immuunsysteem heeft suiker ook allerlei sluiproutes waarmee het je weerstand indirect flink aantast. Suikers, en dan vooral de snelle suikers, zorgen voor een verhoogde vetopslag. Te veel wit vetweefsel in je lichaam geeft diepe ontregelingen van je stofwisseling, waardoor je hongergevoel bijvoorbeeld niet meer gelijk loopt met je daadwerkelijke energiebehoefte en je erg gevoelig wordt voor het ontwikkelen van chronische, sluipende ontstekingen. Deze ontstekingsprocessen veroorzaken bijvoorbeeld chronische gewrichtsklachten, verstoringen van de hormooncyclus en hart- en vaatziekten.
Ik vind het erg belangrijk om hier goed te benadrukken dat het erg van mens tot mens kan verschillen hoevéél vetweefsel precies schadelijk is. Vetweefsel hoort op en in je lichaam te zitten, het is een belangrijk onderdeel van je gezondheid en vervult allerlei belangrijke taken voor je overleving. Iedereen heeft een eigen constitutie en een eigen postuur. Pas als er ontregelingen, verstoringen, klachten en symptomen ontstaan, is het relevant om het te hebben over vetweefsel. Streven om van je vetweefsel af te komen om schoonheidsredenen is niet bevorderlijk voor je welzijn en zelfbeeld. Veel mensen denken dat het niet willen hebben van vetweefsel een normale, geaccepteerde principekwestie is. Dat is een misverstand. Meer hierover lees je in het blog “dood aan de dieetcultuur”.
Suiker en kanker
Suiker voedt kankercellen. Kankercellen gebruiken voor hun stofwisseling namelijk geen zuurstof, maar suiker. Bepaalde vormen van oncologie (kankergeneeskunde) maken daar handig gebruik van door tumoren te behandelen met radioactief gemaakt suiker, dat door tumoren zeer goed geresorbeerd wordt. Veel wetenschappelijke studies laten een verband zien tussen een hoog suikergebruik en verschillende soorten kanker. Let op: suiker is dus niet kankerverwekkend (want dat is wat anders), maar de aanwezigheid van (te) veel suiker in je bloed maakt het kankercellen erg gemakkelijk en gerieflijk. En in combinatie met het remmende effect van suiker op de fagocytose (je pacmans, jeweetwel), die je lichaam óók gebruikt om potentiële kankercellen mee uit de weg te ruimen, is dat dubbel tricky voor je risico op kanker.
Suiker, voedingstekorten en chronische ziekten
Bij het raffinageproces van ruwe koolhydraatbronnen (bijvoorbeeld een volle graankorrel) tot een geraffineerd eindproduct (bijvoorbeeld wit brood of een suikerklontje) gaat een grote hoeveelheid van de oorspronkelijke vitaminen, mineralen en gezonde bioactieve stoffen verloren. Dat maakt suiker en geraffineerde koolhydraatbronnen arm aan micronutriënten, terwijl ze juist heel rijk zijn aan energie. “Lege calorieën” noem je dat. Lege calorieën zijn problematisch, omdat je lichaam altijd zal blijven vragen wat het nodig heeft, net zolang totdat ook je behoefte aan vitaminen en mineralen vervuld is. Daardoor ga je overeten, terwijl je kwalitatief ondervoed raakt. Je hebt dus teveel calorieën (waardoor je vetopslag stijgt), maar te weinig echte voedingsstoffen (vitaminen, mineralen, antioxidanten). Veel mensen in het Westen met overgewicht zijn kwalitatief ondervoed.
Vitamine A, B-complex, C, D, E, ijzer, jodium, zink, selenium, koper, aminozuren, polyfenolen, proteïnen, probiotica, omega 3 en vezels zijn allemaal betrokken bij de werking van je afweercellen en een gezonde “afstelling” van je immuunsysteem (dus een gebalanceerde reactie; niet te weinig en niet te veel). Een voedingspatroon met veel geraffineerde producten leidt gemakkelijk tot tekorten aan belangrijke voedingsstoffen. Door deze voedingstekorten raakt je immuunsysteem verzwakt en loop je een aanzienlijk groter risico op het ontwikkelen van chronische ontregelingsziekten zoals aderverkalking, hoge bloeddruk, hersenbloedingen, hartinfarcten en suikerziekte.
Let op: ik zeg hier dus niet dat een hoge suikerconsumptie rechtstreeks de oorzaak is van deze aandoeningen, maar dat een hoge suikerconsumptie leidt tot voedingstekorten en verstoringen in de regelsystemen van het lichaam, die wél ten grondslag kunnen liggen aan het ontstaan van genoemde ziekten. (Naast een hoge suikerinname en het eten van geraffineerde voedingsmiddelen vormen ook stress, blootstelling aan bepaalde groepen chemische stoffen en een verstoord microbioom belangrijke oorzaken van nutriënt-tekorten en diepe ontregelingen in je lichaam die tot deze “welvaartsziekten” kunnen leiden.)
Suiker en diabetes type 2
De consumptie van snelle suikers leidt tot een hoge insulinespiegel met als gevolg een instabiele bloedsuikerspiegel. Overmatige consumptie van suiker kan je pancreas na verloop van tijd niet meer bijbenen, wat kan leiden tot de ontwikkeling van diabetes type 2.
Suiker en candida
Je weerstand begint in je darm. Het eten van suiker heeft negatief effect op je darmflora. Schadelijke bacteriën en schimmels zoals candida voeden zich met suiker. Als je deze schadelijke diertjes dus elke dag trouw blijft voeden met croissantjes, M&M’s en cola, groeien ze steeds verder uit en verdringen ze je gezonde bacteriën. Deze overgroei kun je merken aan een opgeblazen buik, een breierige ontlasting, stinkende windjes en andere minder elegante verschijnselen. Je gezonde darmflora is van levensbelang voor het voeden en beschermen van je darmslijmvlies en het aanmaken van immuunstofjes die je lichaam verdedigen tegen ziekmakende micro-organismen. Al je darmflora verstoord is door een overmatige consumptie van suiker, is je eerstelijnsafweer het eerste dat daaronder lijdt.
Suikerverslaving
Suiker is heel erg verslavend en kan effecten geven die lijken op verslaving aan nicotine en alcohol. Als je stopt met suiker eten, kun je last krijgen van ontwenningsverschijnselen zoals vermoeidheid, agressie, neerslachtigheid, duizeligheid, hoofdpijn en maag-darmklachten. Deze verschijnselen duren doorgaans een week, waarna de meeste mensen zich vaak beter, energieker en meer ontspannen voelen. Let op: als je een candida-overgroei in je darm hebt, kan het weglaten van suiker zonder deze schimmel tegelijkertijd te doden, in sommige gevallen juist meer klachten geven. Wil je weten of jij een candida-overgroei hebt? Vraag dan een ontlastingsonderzoek aan.
Hoe zorg je ook alweer voor een dijk van een weerstand?
Ik zet ze nog even voor je op een rijtje: de pijlers voor een stralende gezondheid en een dijk van een weerstand.
- Eet gezond. De hoeveelheid groenten en fruit die je dagelijks eet, bepaalt de werking van je immuunsysteem en de respons ervan op infecties. Dus: eet grote hoeveelheden groenten, aangevuld met onbewerkte producten zonder kunstmatige toevoegingen, eet vers en bereid je maaltijden zoveel mogelijk zelf. Vermijd suiker, alcohol en koffie en drink genoeg schoon water.
- Zorg voor gezonde darmen.
- Zorg voor gezonde dagelijkse beweging in de frisse lucht.
- Vermijd stress en werk actief aan stressreductie en stressbestendigheid.
- Zorg voor een goede nachtrust.
- Gebruik preventief supplementen en kruiden om je gezondheid te verzorgen.
Zo, jou krijgen ze niet meer kapot. Geniet van je week!