De familie
Sporkehout is een telg uit de wegedoornfamilie, een familie van heesters en bomen die honderden soorten kent en zich verspreid heeft over alle werelddelen. De familie kent in Nederland twee inheemse soorten: de wegedoorn en sporkehout. De plant valt niet zo op, maar is vrij gemakkelijk te herkennen, o.a. aan de witte spikkels op de doffe, donkerbruine takken.
Hoe je hem herkent
De plant heeft geen doornen of stekels. De takken en bladeren staan verspreid (staan niet recht tegenover elkaar). Sporkehout heeft ovaal gevormde, gladde bladeren die een puntje hebben aan het uiteinde (net zoals de hazelaar en linde dat hebben, maar minder opvallend). In de ‘oksels’ van de takken zitten de bloemen, die in groepjes bijeen zitten. De bloemen zijn relatief klein, waardoor ze niet opvallen. Ze hebben vijf kroonbladeren [1] en vijf meeldraden [2].
Bevruchting van de bloemen vindt plaats door insecten. De vruchten van de plant, die wel goed opvallen, zijn een soort bessen, die eerst groen zijn, daarna rood worden en vervolgens verder naar zwart verkleuren.
Waar je ze vindt
Sporkehout is in Nederland een algemeen voorkomende plant en je zult ze daarom in grote delen van het land veel tegenkomen. Hij houdt hier van zonnige plekken en plekken met een lichte mate aan schaduw. De plant heeft een voorkeur voor vrij vochtige tot natte, voedselarme grond en komt hoofdzakelijk voor in bossen, bosranden, struweel, heide, kapvlaktes, duingebieden en bij spoorterreinen.
[1] Bij een boterbloem zie je gele bloemblaadjes, dit zijn de kroonbladeren. Daaronder, maar dat zie je alleen van dichtbij, zitten ook blaadjes, die de bloem zeg maar ondersteunen. Dit zijn de kelkbladeren.
[2] Binnen een bloem zie je soms, als je dichtbij kijkt, gele draadjes omhoog staan. Dit zijn de meeldraden. Een plant waarbij je de meeldraden duidelijk kunt zien is de Mansbloed (Hypericum androsaemum); deze is in veel tuinen geplant.
Gezondheidstoepassingen Sporkehout
De belangrijkste inhoudsstoffen van sporkehout zijn de bekende anthrachinonglycosiden en bitterstoffen. Andere planten die deze inhoudsstoffen ook bevatten zijn senna en aloë vera.
Maar sporkehout werkt veel milder laxerend dan deze 2 kruiden.
Sporkehout werkt dus vooral mild laxerend en bevordert de leverwerking en daarmee ook de werking van gal om vet te verteren. Het wordt vaak gebruikt in combinatie met andere kruiden zoals senna en venkel voor de darmen. Soms kan het belangrijk zijn om de ontlasting wat soepeler te maken. Bijvoorbeeld vanwege een darmoperatie of aambeien.
Kruiden met anthrachinonglycosiden kunnen wel vrij snel gewenning geven en mogen daarom vaak niet langer dan 10 dagen gebruikt worden in lage dosering.
Sporkehout heeft wel behoorlijk wat waarschuwingen voor gebruik. Dus raadpleeg altijd een deskundige in geval van ziekte, medicatiegebruik, borstvoeding en zwangerschap.